Namens de godin Guanyin gaat de vrome monnik Xuanzang naar India om heilige boeken te bemachtigen. Zijn discipelen en trouwe metgezellen op de moeilijke reis naar het westen zijn de slimme apenkoning Sun Wukong, de varkensman Zhu Badze, het drakenpaard en de machtige monnik Sha Sen. Talloze demonen en weerwolven proberen Xuanzang tegen te houden, maar met de steun van zijn trouwe vrienden komt de vrome monnik steevast als overwinnaar tevoorschijn uit alle gevechten met het kwaad. Na vele verbazingwekkende beproevingen te hebben doorstaan, bereiken reizigers hun doel en ontvangen ze een welverdiende beloning.